Winterbanden zijn speciaal ontwikkeld voor gebruik bij lage temperaturen en onder winterse omstandigheden. De profielblokken ervan hebben talrijke lamellen die voldoende grip verzekeren, ook op gladde wegen. Ook de materiaalsamenstelling wordt zorgvuldig geselecteerd opdat de banden ook bij koude elastisch blijven. Bij hoge temperaturen worden winterbanden echter te zacht, waardoor ze niet geschikt zijn voor zomergebruik.
Volgens de Duitse wetgeving (StVZO) moeten winterbanden het M+S-symbool dragen. Personen die extra veiligheid zoeken onder de vorm van goede rij- en remeigenschappen, kopen beter winterbanden die ook het sneeuwvloksymbool dragen. Met “sneeuwband” wordt een band bedoeld waarvan het profiel, de loopvlakcompound of structuur in de eerste plaats ontwikkeld zijn om onder sneeuwomstandigheden prestaties te leveren die beter zijn dan die van een normale band wat betreft het in beweging brengen en houden van het voertuig. De Duitse wet voorziet niet in een bepaalde periode waarin winterbanden verplicht gebruikt moeten worden. Bestuurders worden gewoon geacht om winterbanden te monteren zodra de omstandigheden dat vereisen. Onder winterse omstandigheden (d.w.z. ijzel, samengedrukte sneeuw, slijksneeuw of ijzige wegen) zijn enkel banden met M+S-banden toegestaan op de openbare weg. Personen die niet op sneeuw en ijs rijden, kunnen in theorie hun zomerbanden blijven gebruiken in de winter. Omdat zomerbanden echter uit rubber bestaan dat specifiek ontwikkeld werd voor warme omstandigheden, is het erg gevaarlijk en onverantwoord om ze in de winter te blijven gebruiken.
Markeringen op winterbanden
Bergsymbool
Het "bergsymbool" identificeert winterbanden volgens de UNECE-regels (geldig in de EU en verschillende andere landen) en de bandenregels in de VS en Canada. De prestaties van deze winterbanden in de sneeuw moeten blijken uit objectieve tests en moeten aan vastgelegde limieten voldoen of deze overtreffen. Deze banden leveren topprestaties op het vlak van veiligheid en controle in sneeuw, op beijzelde wegen en over het algemeen bij lage temperaturen.
Een “sneeuwband” is een band waarvan het loopvlak, het rubber of de structuur vooral bedoeld zijn om in sneeuw beter te presteren dan een normale band, wat tractie en grip betreft.
Speciaal geval: banen voor 4x4 en SUV
- Tal van SUV’s en terreinwagens zijn voorzien van banden met een "M+S“-markering op de zijkant. De reden hiervoor is dat dergelijke voertuigen eerst werden aangeboden in Noord-Amerika, waar vierseizoenenbanden doorgaans de markering "M+S“ dragen.
- Het label 'M+S' is officieel gedefinieerd in een EU-richtlijn met de volgende woorden: "Een band waarbij het loopvlak en de structuur van de band zodanig zijn ontworpen dat deze op sneeuw beter presteert dan normale banden." De prestaties van banden met het label 'M+S' zijn dus niet gedefinieerd of gemeten.
- De prestaties van winterbanden op sneeuw worden in Noord-Amerika gespecificeerd door het "Snowflake-on-the-Mountain"-symbool. Alleen banden die aan deze eisen voldoen of deze overtreffen, mogen dit symbool dragen.
- Zelfs als banden met het 'M+S'-label worden beschouwd als winterbanden, zoals gedefinieerd door de wettelijke voorschriften in een aantal Europese landen, raden wij aan winterbanden met het 'Snowflake-on-the-Mountain'-symbool op de zijwand en een profieldiepte van minstens 4 mm te gebruiken in winterse omstandigheden.
Spijkerbanden
Het gebruik van spijkers wordt bepaald door een nieuwe wetgeving in Scandinavië sinds 2014: de banden worden onderverdeeld in drie categorieën naargelang van de laadindex, waarbij er 400 keer met een snelheid van 100 km/h over granietplaten wordt gereden. De platen worden gewogen en de schuurslijtage wordt voor en na elke test gemeten. De banden worden goedgekeurd als de testwaarden binnen de voorafbepaalde grenzen vallen. Op die manier willen wetgevers voorkomen dat spijkers overmatig schade toebrengen aan het wegdek. Aan de buitenzijde onderscheiden deze banden zich door hun stevigere profielontwerp en natuurlijk hun spijkers. Zij bieden een maximum aan grip bij extreem lage temperaturen en op besneeuwde en ijzige wegen. De wetgeving inzake spijkers is erg strikt: ze mogen niet meer dan 1,2 mm boven het loopvlak uitsteken omdat ze anders zouden afbreken, en hun gewicht is beperkt tot 1,2 gram.
Zachte compounds
Deze compounds zijn bijzonder flexibel bij lage tempearturen en bij uitstek geschikt voor regio's als Scandinavië, Rusland en de Baltische staten. De banden dragen de rijkrachten ook bij lage temperaturen op besneeuwde en ijzige wegen veilig over.
Het aandeel natuurrubber in hun compounds is heel wat hoger dan bij normale winterbanden. Zo blijven ze zelfs bij extreme omstandigheden voldoende flexibel en bieden ze even veel tractie als banden met spijkers. Deze aanpak maakt spijkers overbodig zodat de banden ook gebruikt kunnen worden daar waar spijkers weinig meerwaarde bieden. Dat is bijvoorbeeld het geval op wegen die sneeuw- en ijsvrij zijn, zoals in de kuststreek van zuidelijk Noorwegen.